5.1 Houtteer

Uit Agriwiki
The printable version is no longer supported and may have rendering errors. Please update your browser bookmarks and please use the default browser print function instead.

Enkele eeuwen geleden kwam de meeste teer uit Scandinavië. Veel kleine boeren in Zweden stookten houtteer als bijverdienste. Hiervoor werden vooral de wortels van de grove den gebruikt. Dit leverde de hoogwaardige Stockholmer teer. Door de handel in de 17de eeuw tussen Nederland en de Oostzeelanden kwam dit product ruimschoots voorhanden. Deze echte houtteer is bruin van kleur en heeft een doordringende en kenmerkende geur. Deze teer is goed te mengen met natuurlijke olie, zoals bijvoorbeeld lijnolie. Dit verbetert de conserverende werking. De houtteer is ook met zwarte of rode pigmenten te kleuren. Houtteer maakt het hout vettig en waterafstotend. Het is dampopen, waardoor verstikking van het hout geen kans krijgt. De houtteer geeft het hout een gladde en elastische beschermende laag. De teerlaag moet om de drie tot vijf jaar opnieuw worden aangebracht.

Verder lezen

Bron

Deze tekst is gebaseerd op:

  • Ineke de Visser, Kleur op boerderijen. In het groene hart van Holland (Hardinxveld-Giessendam 2006)
  • Piet den Hertog, Teer, teerproducten en teervervangers. In: Nieuwsbrief Boerderij & Erf Alblasserwaard Vijfherenlanden, jaargang 11, nr. 17, maart 2009, pp. 10-11. [1]

Deze publicatie is tot stand gekomen door eigen onderzoek en o.a. de volgende bronnen:

  • M. de Keijzer en P. Keune, Pigmenten en bindmiddelen (Amsterdam, 2001)
  • L. Simis, bewerkt door H. Janse, en J. Berghuis jr., Schilder- en Verfkunst (’s-Gravenhage, z.j.)
  • H.J. Zantkuyl, Bouwen in Amsterdam (Amsterdam, 1973-1992 p. 94-108)