9.7 Kleurgebruik in het interieur in het stalgedeelte in de 20e eeuw: verschil tussen versies

Uit Agriwiki
Regel 6: Regel 6:
  
 
===Verder lezen===
 
===Verder lezen===
 +
* [[Het boek ''Kleur op boerderijen'']]
 
* [[1.0 Historisch verantwoord kleurgebruik]]
 
* [[1.0 Historisch verantwoord kleurgebruik]]
 
* [[2.0 Stel het nadenken over kleuren niet uit tot de schilder komt]]
 
* [[2.0 Stel het nadenken over kleuren niet uit tot de schilder komt]]
Regel 23: Regel 24:
 
**[[9.7 Kleurgebruik in het interieur in het stalgedeelte in de 20e eeuw]]
 
**[[9.7 Kleurgebruik in het interieur in het stalgedeelte in de 20e eeuw]]
 
* [[10.0 Verkleuren van verf]]
 
* [[10.0 Verkleuren van verf]]
* [[11.0 Kleurkeuze 1]]
+
* [[11.0 De kleurkeuze]]
 +
* [[12.0 Kleur, monumenten en welstand]]
 +
* [[13.0 Kleurnummers]]
  
 
===Bron===
 
===Bron===

Versie van 21 aug 2012 13:16

Dit artikel gaat over de ontwikkeling van het kleurgebruik in het interieur in de stalgedeeltes van boerderijen in het Groene Hart in de 20ste eeuw.

Tot aan de Tweede Wereldoorlog gaat men in grote lijnen door als in de 19de eeuw. ‘s Winters staan de koeien in de Hollandse stal en in het voorjaar boent men ijverig om daarna te gaan witten, geelselen en rooiselen. Soms zijn er uit het begin van deze eeuw nog wel eens ruimtes met een blauwe plint. Na de Tweede Wereldoorlog verandert bijna alles. Schaalvergroting, modernere stallen, dure arbeid en goedkoop materiaal. De boer en de boerin moeten naast het gewone werk al het onderhoud van huis, tuin en erf alleen doen. Vroeger had een groot deel van de boeren hier een heel leger meiden en knechten voor. De historische boerderij heeft, economisch gezien, vanaf de jaren vijftig afgedaan. De koeien verhuisden naar een nieuwe ligboxenstal. De paarden werden vervangen door een trekker. De koeien eten kuilgras in plaats van hooi. Veel stallen worden ingrijpend gemoderniseerd. Momenteel stoppen veel boeren en worden de boerderijen herbestemd tot woonhuis. In de stal komt dan de zithoek. Wat kleur- en materiaalgebruik betreft, verdwijnt hierdoor vaak het verschil tussen voor en achter.

Verder lezen

Bron

Deze tekst is gebaseerd op:

  • Ineke de Visser, Kleur op boerderijen. In het groene hart van Holland (Hardinxveld-Giessendam 2006)

Deze publicatie is tot stand gekomen door eigen onderzoek en o.a. de volgende bronnen:

  • L. Boot e.a., Van Hoogmade naar Arnhem, Lotgevallen van de boerderij Boskade 11 in de Bospolder bij Hoogmade 1600-2004 (Arnhem, 2004).
  • W. F. Denslagen en A. de Vries, Kleur op historische gebouwen: de uitwendige afwerking met pleister en verf tussen 1200 en 1940 (’s-Gravenhage, 1984).
  • M. de Keijzer en P. Keune, Pigmenten en bindmiddelen (Amsterdam, 2001).
  • L. Simis, bewerkt door H. Janse, en J. Berghuis jr., Schilder- en Verfkunst (’s-Gravenhage, z.j.).
  • W. van Wijk, Dordtse Kleuren (Breda, 2002)
  • H. J. Zantkuyl, Bouwen in Amsterdam (Amsterdam, 1973-1992 p. 94-108)