Stalraam restaureren

Uit Agriwiki

Stalramen zijn door hun toepassing in stallen, vaak slecht onderhouden. In een stal is het milieu onvriendelijk voor bouwmaterialen en helemaal voor stalen stalramen. Gietijzer roest van nature minder hard dan gewoon ijzer. Toch kunnen gietijzeren stalramen ook aangetast zijn door roest.

Materialen van stalramen[bewerken | brontekst bewerken]

Er zijn verschillende soorten stalramen. Naast verschillende indelingen van de ruiten zijn er ook verschillende materialen. De materialen zijn te onderscheiden in hout, beton, staal en gietijzer. Hout wordt hier buiten beschouwing gelaten aangezien het restaureren van houten kozijnen elders besproken wordt. Dit artikel gaat over ijzeren en gietijzeren stalramen.

Roest[bewerken | brontekst bewerken]

Gietijzeren en stalen stalramen verschillen wel van materiaal maar kunnen wel het beste op dezelfde manier gerestaureerd worden. Stalen en gietijzeren stalramen zijn slank geconstrueerd. Roest of oxidatie is het grootste gevaar voor deze ramen. Door de slanke constructie is een dergelijk stalraam ook snel doorgeroest. Het roesten van een stalraam kan verschillende oorzaken hebben. Bijvoorbeeld door het toepassen van stopverf ter plaatse van de beglazing. Stopverf droogt uit in de loop der tijd en hierdoor is het mogelijk dat er vocht tussen de beglazing en de stopverf komt. Het vocht kan op die plaatsen het ijzer aantasten wat daardoor gaat roesten. Bewegende delen in de stalramen veroorzaken schade aan de verflaag op ijzeren schanieren. Vocht kan zo het ijzer bereiken en daar voor roest zorgen. Geroest ijzer is ca. zeven maal groter dan het oorspronkelijke materiaal. Doordat de roest zich langzaam maar zeker uitbreid en de niet beschadigde verf wegdrukt wordt het probleem almaar groter. De scharnieren zijn vaak één geheel met het stalraam en daardoor breidt het oxidatieproces zich steeds verder uit.

Schoonmaken tot dat het glimt[bewerken | brontekst bewerken]

Als ijzer oxideert helpt een nieuwe verflaag aanbrengen niet. Ook de stopverf opnieuw aanbrengen heeft geen zin. Het oxidatieproces gaat onder de nieuwe verflaag door en zorgt dat er binnen de kortste tijd weer een roestplek ontstaat door de verflaag heen. Zorg altijd dat voor het aanbrengen van de nieuwe verflaag of het aanbrengen van nieuwe stopverf dat alle roestplekken zijn weggehaald. Dit kan gedaan worden door met staalborstels het ijzer schoon te borstelen. Ga door totdat het ijzer weer glimt. Zorg ervoor dat er geen stof of gruis achterblijft en breng direct daarna een goede primer aan (ook onder nieuw aan te brengen stopverf).

Een stalraam uit de gevel nemen[bewerken | brontekst bewerken]

Als het stalraam uit de gevel genomen moet worden om te behandelen moet er op gelet worden dat de buitenzijde van het (schone) metselwerk niet beschadigd wordt. Een stalraam is namelijk ingemetseld met lippen. Om een stalraam te verwijderen moeten deze lippen uitgehakt worden. Dit zorgt onherroepelijk voor schade aan het metselwerk. Door aan de binnenzijde het metselwerk weg te hakken kan de reparatie later weer netjes aangesmeerd worden met het binnenstucwerk.

Als het stalraam uitgenomen is kan het in een werkplaats worden behandeld. Hier hebben ze de technieken om een oud stalen of gietijzeren stalraam weer geheel te herstellen. In de werkplaats worden de ruitjes zorgvuldig uitgenomen en opgeslagen waarna het hele stalraam wordt gestraald. Al de (stop)verf en roest worden op deze manier totaal verwijderd. Direct hierna wordt het stalraam geschoopeerd. Dit is het verzinken van ijzer. Er wordt een dunne laag zink aangebracht. Hierna wordt er een roestwerende coating opgespoten of met de kwast aangebracht. Nu is het raam klaar om terug te plaatsen, het glas te zetten en te schilderen in de goede kleur.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Deze tekst is gebaseerd op:

  • Monumentenwacht Inspectiehandboek 1, 1.4, p.54
  • Lennert Vrij, Boerenerven op het landgoed Twickel, p.102
  • Bureau Helsdingen

Links[bewerken | brontekst bewerken]