Gebinten richten
De houtconstructie van een boerderij werd meestal niet op de bouwplaats gemaakt, maar op het erf van de timmerman. Met planken werd een doorsnede van de boerderij op ware grootte uitgelegd om uit te kunnen meten hoe de beschikbare stukken hout het meest efficiënt zouden kunnen worden gebruikt. Vervolgens werden alle onderdelen op maat gemaakt – met passende houtverbindingen – en voorzien van merktekens, de zogenaamde ‘telmerken’. De hele constructie werd dan weer uiteengenomen en naar de bouwplaats gebracht. Daar werden de afzonderlijke gebinten opnieuw in elkaar gezet en daarna één voor één overeind gezet. Dat laatste werk heet het richten van de gebinten. Het richten was zwaar werk en alle buurtbewoners – soms zelfs het hele dorp – hielpen dan mee. De achtereenvolgens opgerichte gebinten werden eerste provisorisch met elkaar verbonden. Wanneer alle gebinten overeind stonden, werden de gebintplaten en de schoren gemonteerd. Het geraamte van de boerderij was dan af. Globaal is in de boerderijbouw tot aan de Tweede Wereldoorlog op deze manier gewerkt.
Bron
De tekst is gebaseerd op:
- 'De werkwijze van de timmerman', Nederland dichterbij boerderijen