Woeste grond

Uit Agriwiki
Woeste gronden in Drenthe.
Zandverstuivingen op woeste gronden

Niet-gecultiveerd land dat niet voor land-, tuin- of bosbouwdoeleinden wordt gebruikt. Woeste gronden duiden vaak op heide-, veen- of moerasgebieden.

Boeren uit dorpen die omgeven werden door woeste gronden gebruikte deze om hun vee te laten grazen en plaggen te steken. Deze plaggen werden vervolgens weer gebruikt als brandstof of om de onvruchtbare akkergronden te bemesten. De boeren lieten hun schapen overdag op de woeste gronden grazen en leidden ze 's avondsnaar de zogenaamde potstallen waarvan de bodem was bestrooid met plaggen.

Door het intensieve afgraven van de woeste gronden werden de toch al arme zandgronden van de heide steeds armer. In gebieden als de Veluwe ontstonden zandverstuivingen die rampzalig konden zijn voor lokale bewoners.

Marken[bewerken | brontekst bewerken]

Er werd afgesproken dat er regels moesten worden gemaakt voor het gebruik van woeste gronden. Boeren verenigden zich in zogenoemde marken of maalschappen en stelden regels zodat de grond niet te intensief werd gebruikt en de afgeplagde gronden konden herstellen. De boeren uit de marke eigende zich zo ook het gebruik van de gronden toe. Nieuwkomers naar deze gebieden kregen maar beperkt gebruiksrecht. Toen de bevolkingsgroei aan het einde van de 17e eeuw en in de 18e eeuw steeds meer toenam vormde dit echter problemen. Mensen moesten steeds dichter op elkaar wonen en er ontstonden illegale huizen op de woeste gronden. In de loop van de 19e eeuw kwam er een einde aan het markesysteem.

Ontginning[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf ca. 1820 werden de woeste gronden onder invloed van landbouwhervormers en grootgrondbezitters verdeeld onder de gebruikers. De eerste ontginningen begonnen. Vooral met de komst van kunstmest aan het einde van de 19e eeuw werden de woeste gronden minder noodzakelijk voor het bevruchten van het akkerland. De woeste gronden werden omgevormd tot grasland en er werden grote aantallen nieuwe boerderijen gebouwd.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]