Metselwerk herstellen

Uit Agriwiki
Verschillende scheurvormingen in het metselwerk. Afbeelding uit Monumentenwacht, Inspectiehandboek 1, 1.2, p.6.

Metselwerk kan op veel manieren beschadigd of ontsierd zijn. Er kunnen scheuren inzitten, of bakstenen kunnen afgeschilferd zijn. Ook is het mogelijk dat het voegwerk is uitgesleten. Al deze problemen zijn op te lossen. Maar ook hier geldt: behoud gaat bij een monument altijd voor vernieuwen. En het is ook belangrijk om de oorzaak van de scheur weg te nemen voordat er gerepareerd gaat worden. Anders is de scheur heel snel terug!

Oorzaak[bewerken | brontekst bewerken]

Elk van de hierboven omschreven gebreken aan metselwerk hebben hun eigen oplossingen. Maar voor alle problemen geldt dat ze ook een oorzaak hebben. Scheuren kunnen ontstaan door funderingsproblemen of bijvoorbeeld spatkrachten uit een kapconstructie. Kapot gesprongen bakstenen duiden op een mogelijk vochtprobleem of in het metselwerk aanwezige zouten. Voegen kunnen uitgesleten zijn door een lekkage van de dakgoot. Hierdoor loopt er een stroom water over het metselwerk en slijten de voegen uit. Vooral oude kalkvoegen zijn hier erg gevoelig voor omdat ze gedeeltelijk oplossen door water. Ook bij voegen kunnen zouten de boosdoeners zijn. Als de oorzaak van de problemen niet word gevonden en weggenomen heeft herstel van het metselwerk geen zin. Binnen enkele jaren zal de schade weer terug zijn.

Verder is het van belang dat bij herstel van gevelmetselwerk van te voren genoeg foto's worden genomen waarop duidelijk de verbanden en details van het bestaande werk zichtbaar zijn zodat deze ook weer teruggebracht kunnen worden in het herstelde werk.

Herstel[bewerken | brontekst bewerken]

Metselwerk is te herstellen op een aantal verschillende manieren. Het hangt af van het soort scheur en daarmee ook van de oorzaak.

Inboeten[bewerken | brontekst bewerken]

Herstellen van metselwerk moet altijd gebeuren in het bestaande verband. Deze afbeelding laat verschillende metselwerkverbanden zien. Afbeelding uit E.J. Haslinghuis, Bouwkundige termen (Leiden 2001) p.46, p.315.

Als het metselwerk scheuren vertoond is de beste manier om dit te repareren, inboeten. Hierbij worden de gescheurde bakstenen geheel verwijderd en vervangen door nieuwe bakstenen. Hierbij is het belangrijk dat de samenstelling van de baksteen, de vorm en de kleur overeenkomen met het bestaande werk. Kleurverschil tussen nieuw en bestaand is er altijd, maar er moet wel rekening mee gehouden worden dat de baksteen nog bijkleurt in de loop der tijd.

Ook de mortel die wordt toegepast bij het aanhelen moet dezelfde samenstelling hebben als het bestaande werk. Als de nieuwe mortel namelijk waterdichter is dan de bestaande mortel krijgt het omringende metselwerk meer vocht te verduren. De gescheurde bakstenen moeten voorzichtig worden verwijderd zodat omliggende bakstenen en voegwerk niet beschadigen. Slijptollen en grote machines zijn uit den boze. Hamer en beitel zijn meer op hun plek. Er moet bovendien gelet worden op het bestaande metselverband. Er zijn verschillende soorten van metselverbanden en ze kunnen nogal op elkaar lijken. Maar hetzelfde zijn ze niet! Doordat scheuren twee gedeelten van het metselwerk uit elkaar trekken zal het in te boeten werk een gat moeten opvullen. Door een wat groter gebied in te boetten kunnen verplaatsingen verdeeld worden over meerdere stootvoegen waardoor het verschil minder opvalt. Let er overigens ook op dat bij eventueel hergebruik van bakstenen de zijde van de baksteen die in de mortel heeft gezeten, ook weer in de mortel terug wordt geplaatst.

Aanhelen[bewerken | brontekst bewerken]

Afgeschilferde of kapot gesprongen bakstenen zijn, buiten dat het geen fraai gezicht is, extra gevoelig voor vocht. Een baksteen heeft door het bakproces een baklaag gekregen. Deze laag van de baksteen is harder dan de rest van de steen en zorgt ervoor dat er niet te veel vocht en vuil in de steen kan dringen. Bij het afschilferen of afbreken van een baksteen is deze "huid" verdwenen en is het belangrijk om de waterdichtheid weer terug te krijgen. Dit kan gedaan worden met het aanbrengen van een geschifte steen of door het aanbrengen van een reparatiemortel. Hiervoor dient de steen tot op de vaste kern schoon gebikt te worden. Omringende bakstenen en voegwerk mogen hierbij niet beschadigen. De uitgehakte baksteen moet van vuil en gruis ontdaan worden alvorens de reparatiemortel aangebracht kan worden. Er zijn speciale bedrijven die de reparatiemortel zo mengen en aanbrengen dat de herstelde baksteen na herstel niet meer opvalt. Soms kan ook het aanbrengen van lintvoegwapening een oplossing zijn.

Voegwerk herstellen[bewerken | brontekst bewerken]

Na het herstel van het metselwerk moet de voeg worden gerepareerd.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Deze tekst is gebaseerd op:

Verder lezen[bewerken | brontekst bewerken]