Naoberschap

Uit Agriwiki
Afbeelding van enkele vertegenwoordigers van de "naoberschap" te Wehl met een krentenwegge van anderhalve meter, bestemd voor het personeel van het N.S.-station Wehl te Wehl

Naoberschap (Twents: noaberschap) is een groep buren (naobers) in een kleine sociale, overwegend agrarische gemeenschap.

Naoberplicht[bewerken | brontekst bewerken]

Binnen een naoberschap gold een zogenoemde naoberplicht, een groep ongeschreven regels waar iedereen zich aan hield, en moest houden. In Noaberschappen waren gelijkheid en wederkerigheid belangrijke samenbindende elementen. Het naoberschap was verweven met veel boerenrituelen die het primaat van naoberschap over het individu benadrukten.

Dit höldt de verplichting in, dat de noabers mekare bi-j mot stoan in road en doad as dat neudig is.

Noaste Noaber[bewerken | brontekst bewerken]

De Noaste Noaber (ook wel: noaste noawas of eerste noaber / naober) is doorgaans de meest nabije buur. De Noaberplicht is voor deze buur nog sterker. Traditioneel wordt bij een overlijden bijvoorbeeld eerst de noaste noaber op de hoogte gesteld. Deze helpt de nabestaande(n) en organiseert vervolgens vanuit de andere naobers de rouwkaarten, het dragen van de kist, etc.

Naober worden[bewerken | brontekst bewerken]

Buren zijn maakt niet meteen naobers. Wanneer iemand nieuw in een dorp of gemeenschap kwam wonen moest deze persoon aanvragen om noaber te worden. Dit moest vervolgens door het noaberschap geaccepteerd worden. Ook kon het geweigerd worden, wanneer er bijvoorbeeld al te veel noabers waren. Wanneer iemand uit het dorp verhuisde betekende dit ook niet dat het naoberschap direct was opgezegd; de noaberplicht moest dan expliciet opgezegd worden. Anders bleef men naobers, ook al woonden ze niet meer bij elkaar in de buurt.

Historie[bewerken | brontekst bewerken]

De kleine boeren gemeenschappen in het Oosten van het land waren in de middeleeuwen vaak veelal op zichzelf aangewezen. Noaberschap was hierdoor van groot belang om te kunnen overleven. Horige boeren bewerkten schrale gronden en leefden vaak onder moeilijke omstandigheden. Daarnaast waren mensen in een naoberschap naast buren ook vaak familie van elkaar. Deze nauwe bond tussen boer en buren werd hierdoor nog dieper gevoeld. Dit alles leidde dan ook tot een zeer sterk gemeenschapsgevoel.

Bron[bewerken | brontekst bewerken]