BRIM 2012

Uit Agriwiki

Vanwege de enorme belangstelling voor de instandhoudingssubsidie in 2011 is de uitvoering van de regeling voor 2012 op verschillende punten aangepast.

In 2012 kregen twee groepen aanvragers voorrang: aanvragen voor molens, kastelen en andere monumenten die in 2006 instandhoudingssubsidie ontvingen, en daarna de niet gehonoreerde Brim-aanvragen uit 2011. Om zoveel mogelijk aanvragen te kunnen honoreren werden de maximale subsidiabele kosten verlaagd. Restauraties en grootschalige plannen vielen af: voor restauraties kwamen nieuwe subsidiemogelijkheden. Net als voorheen bleef als eerste criterium gelden: ‘Wie het eerst komt, die het eerst maalt’ – ook voor de voorrangsgroepen. Voor het BRIM is 2012 een overgangsjaar. In 2013 werd de instandhoudsregeling aangepast op basis van de evaluatie van de afgelopen zes jaar. Begin 2012 presenteerde staatssecretaris Zijlstra de plannen voor een nieuwe regeling voor 2013 en daarna.

Honorering van de aanvragen[bewerken | brontekst bewerken]

Voor 2012 was er geen loting voor verdeling van de middelen, en streefde de staatssecretaris ernaar zo veel mogelijk aanvragen te honoreren. Dat gebeurde door de volgende maatregelen:

  1. Prioritering. Twee groepen aanvragen kregen prioriteit. Ten eerste aanvragen voor monumenten (molens, kastelen, landhuizen en horeca-instellingen) waarvan de eigenaren in 2006 instandhoudingssubsidie ontvingen – dit vanuit de gedachte dat monumenten continu onderhouden moeten worden. En vervolgens voor zover het beschikbare budget reikte de aanvragen voor monumenten waarvoor in 2011 instandhoudingssubsidie werd gevraagd, maar niet verleend. Die aanvragers kregen geen subsidie, maar hebben wel geïnvesteerd in het opstellen van een meerjarenplan voor instandhouding – precies wat de subsidieregeling beoogt.
  2. Zo veel mogelijk projecten. De maximale subsidiabele kosten gingen omlaag om zo meer aanvragen te kunnen honoreren. Aanvragen met de laagste totale begroting werden als eerste gehonoreerd.
  3. Restauraties werden anders gefinancierd. Het BRIM 2011 bood in het overgangsjaar 2012 geen mogelijkheid subsidie te verlenen voor ingrijpende restauraties. Voor dergelijke restauraties konden eigenaren vanaf 2012 een beroep doen op een nieuwe regeling.

Hoogte van de subsidie[bewerken | brontekst bewerken]

Voor boerderijen die rijksmonument zijn, was er in 2012 een subsidieplafond van EUR 50.000 (in 2011 was dat EUR 100.000) en een subsidiepercentage van 60%. Dat betekent dat de maximale subsidie EUR 30.000 was voor een periode van zes jaar.

Bron[bewerken | brontekst bewerken]

De tekst is gebaseerd op:

Links[bewerken | brontekst bewerken]